Het was juni 2018. Plotsklaps stond mijn leven stil. Ik had een 'burn-out', wat dat ook maar betekende. Alles in mij was leeg. Ik huilde dagenlang, sliep uren achter elkaar, was compleet uitgeput en onherkenbaar voor mezelf. Mijn lijf weigerde. Mijn hoofd liep vast. En ik begreep er niets van. Ik herinner me hoe ik bad, of eigenlijk het uitschreeuwde naar God: Heere, help me!
Here I am, down on my knees again.Ik voelde me niet sterk, niet geestelijk, niet dapper. Alleen gebroken.
Wanneer het wonder niet plotseling komtToen ik langzaam weer wat grip kreeg en therapie begon, wist ik: ik wil het nu echt onder ogen komen. Ik wist welke patronen ik wilde doorbreken, al kende ik de route niet. Toch hoopte ik stiekem op een plotselinge doorbraak. Een bovennatuurlijk ingrijpen. Dat God zou zeggen: 'Sta op en wandel' en dat ik hersteld zou zijn. Maar dit gebeurde niet. Geen plotselinge genezing. Geen hemels antwoord.
En eerlijk? Dat bracht strijd. Frustratie, verdriet. Want ik geloofde wél in een God die wonderen doet. Waarom dan niet bij mij?
Misschien herken jij dat. Je bidt, je wacht, je hoopt. Maar in plaats van verlichting, wordt het donker dieper. Alsof je vastzit in jezelf. Alsof God zwijgt.
Wat ik toen nog niet wist, is dit: soms zit het wonder niet in het plotselinge herstel. Soms is het wonder dat je blijft ademhalen terwijl je breekt. Dat je gedragen wordt op de dagen dat je zelf niet kunt lopen. Dat je lééft, terwijl je hart gehavend is.
Een ander soort wonderLangzaam begon ik het te zien: misschien gebeurt er wél een wonder, alleen niet zoals ik had verwacht. Niet plotseling of spectaculair. Maar langzaam, stil, diep van binnen. God had me niet verlaten. Hij zat bij me, daar op de bodem. In de stilte. In de tranen. In het nietsdoen en toch Zijn liefde voelen. Niet altijd, maar genoeg om te blijven hopen.
Elke kleine stap- uit bed komen, wandelen, opnieuw leren ademen zonder angst - werd een soort heilig moment. Niet groots of zichtbaar voor anderen, maar wél door God gezien. En dat besef veranderde alles.
Het werd me steeds duidelijker: ik hoef niet te presteren, niet 'sterk' te zijn. Ik mocht gewoon zijn:
gebroken, moe, zoekend. En daarin was het wonder al gaande.
Het wonder was: ik was gebroken, maar niet alleen gelaten.
Er werd gesnoeid zodat ik mocht leren bloeien.
Het wonder was: Gods genade was genoeg, voor die ene dag.
De God van de gebroken stukkenIk dacht altijd dat genezing iets groots moest zijn. Maar God liet mij zien: herstel begint vaak heel klein. Niet in het vermijden van gebrokenheid, maar in het erkennen ervan. En toch…ik was niet verlaten. God was daar. In de kamer, in het gesprek, in mijn hart. Soms door een Bijbeltekst die ineens raakte. Soms door stilte, waarin ik toch Zijn vrede voelde. Of heel praktisch: een vriendin die belde, een therapeut die de juiste woorden vond, of een lied dat mijn gebed werd.
Wat ik vroeger zwakte vond (huilen, stoppen, hulp vragen) werd nu een plek van kracht. Van overgave. Van echte verandering. Ik begon te begrijpen:
Helemaal jezelf zijn, in al je kwetsbaarheid, en daar God ontmoeten- dat is misschien wel het grootste wonder van allemaal.Psalm 34 zegt:
“De Heere is nabij de gebrokenen van hart.” (HSV)
Dat is geen poëzie. Dat is waarheid. Ik heb het ervaren. Niet altijd gevoeld, maar toch: ervaren.
Hij was dichtbij, juist toen ik het niet meer kon overzien. Zijn nabijheid was niet afhankelijk van mijn geloofskracht, maar van Zijn trouw.
Het proces van herstel bracht mij niet terug naar wie ik was vóór mijn burn-out. Het bracht me dichter bij wie ik altijd al mocht zijn in Gods ogen.
Niet de sterke vrouw die alles moet dragen, maar de geliefde dochter die kwetsbaar mag zijn. Die fouten mag maken. Die mag groeien, langzaam, met vallen en opstaan. Ik leerde opnieuw grenzen voelen. Zeggen wat ik nodig heb. Moeilijke dingen uiten. Vergeven. Ruimte maken voor rust. En in die ruimte begon iets te bloeien. Geen spectaculair vuurwerk. Maar vrede. Echte, diepe vrede. En dat was geen eindresultaat. Het is een doorlopend wonder.
God vernieuwde mijn binnenste. Niet ineens. Maar dag na dag.
En dat proces was heilig.
Voor jou - als jij ook wachtMisschien zit jij ook in een seizoen van gebrokenheid. Je hoopt op een wonder, maar het blijft stil. Je probeert vol te houden, maar het voelt zwaar.
Je hoeft het niet op eigen kracht te doen.
God vraagt geen perfect geloof, geen schone schijn.
Hij vraagt alleen om jouw hart. Hoe gebroken ook.
Misschien is het echte wonder niet dat je leven weer “goed” wordt.
Maar dat je met Hem kunt wandelen terwijl het nog niet goed voelt.
Dat je gedragen wordt, dag voor dag.
Dat Zijn genade je juist in de stilte opnieuw leert ademen.
Gebed: Heere, U kent mijn vermoeidheid, mijn vragen, mijn gebrokenheid. U weet waar ik vastloop. U ziet mijn hart. En toch zegt U: Ik ben erbij. Dank U voor Uw aanwezigheid, ook als ik niets zie. Help mij Uw genade te ontvangen, elke dag opnieuw. Laat mijn gebrokenheid niet het einde zijn, maar het begin van iets nieuws met U. Amen.
Geschreven door: Martine van Dam