Ik ben ervan overtuigd dat het lijden van deze tijd in geen verhouding staat tot de luister die ons in de toekomst zal worden geopenbaard.
Romeinen 8:18
Welke dingen zou je willen dat God had veranderd in je leven?
Ik denk dat iedere christen je een hele lijst met dingen zou geven als je deze vraag zou stellen.
Maar God geeft niet altijd wat we het meest verlangen, en vaak weten we niet waarom.
Een groot gedeelte van mijn vroege jeugd heb ik gebeden om een wonder.
Ik ben twaalf weken te vroeg geboren in Taipei, de hoofdstad van Taiwan. Voor, tijdens of na de bevalling kreeg ik een hersenbloeding. Mijn biologische ouders besloten me af te staan voor adoptie, en op die manier kwam ik in Nederland terecht. Ik ben de middelste van drie dochters, maar de enige die in een rolstoel zit. Mijn ouders hebben mijn zussen en mij van jongs af aan met het geloof opgevoed, waar ik heel erg dankbaar voor ben.
Toen ik klein was, bad ik vaak om een wonder en vroeg ik de Heere God of Hij genezing wilde schenken. Dat gebeurde niet, en toen ik ouder werd, leerde ik accepteren dat Hij een ander plan met mij had, een plan gepaard met een rolstoel. Een heel aantal jaren moet ik berusting – en zelfs acceptatie – ervaren over het feit dat ik moest leven met een lichaam dat niet werkt zoals het hoort. Nu ik in de twintig ben, vind ik dat weer lastiger. Veel van mijn vrienden zijn getrouwd en krijgen een gezin. Dat is iets waar ik ook naar verlang, ondanks dat er echt wel momenten zijn dat ik geniet van mijn vrijheid en de zelfstandigheid die ik heb mogen krijgen.
Ik bid eigenlijk niet meer om een lichamelijk wonder. Nu hoop ik erop dat God mij wil gebruiken, met rolstoel en al. Ik bid voor vreugde in alle omstandigheden, dat ik Zijn vrede mag uitstralen. Maar tot op de dag van vandaag doet het nog regelmatig pijn dat mijn lichaam niet werkt zoals het behoort te werken, dat ik minder energie heb en dat ik dromen heb die waarschijnlijk niet zullen uitkomen. Het is kwetsend en vervelend wanneer vreemden op straat naar me staren, of me behandelen alsof er naast mijn fysieke handicap ook iets mis is met mijn verstand.
Het is een strijd, soms dagelijks weer, om God te vertrouwen in de periodes dat mijn lichamelijke handicap me dwarszit, wanneer het me verdriet doet dat veel dingen moeilijker zijn en ik me afhankelijk voel van anderen.
Toch mag ik geloven – ook als dat niet zo voelt – dat God mij mooi geschapen heeft. Hij heeft me tot nu toe niet gegeven waar ik als kind zo vaak om bad. Maar Hij geeft wel genade, mensen die me liefhebben en voor mij zorgen waar dat nodig is. De Heer geeft de belofte van een perfect lichaam. Zo niet hier op aarde, dan later in Zijn koninkrijk.
Wanneer je de pijn van een onverhoord gebed ervaart, bedenk dan dat de Heere je wel degelijk heeft gehoord. Jouw pijn en verdriet laat Hem niet koud. God geeft altijd genoeg genade! (2 Korinthe 12:9-10)
Gebed: Vader, dank U dat U begaan bent met Uw kinderen. Wanneer ik pijn of verdriet hebt, mag ik weten dat U bij me bent om mij te troosten. Help me om daarop te vertrouwen, op Uw alwetendheid en oneindige liefde, ook wanneer U een andere uitkomst voor ogen heeft dan ik zou verlangen. Amen.
Lees ook: Sterkte in Zwakheid
Volg ons voor dagelijkse inspiratie en bemoediging ook op: Facebook of Instagram